Dina van Dijk (66) is flexibel inzetbaar als Medewerker welzijn bij woonzorgcenrum Heggerank in Musselkanaal. Met veel liefde probeert ze het in de huiskamer gezellig te maken voor de bewoners. Door de afwisselende ochtend- en avonddiensten houdt ze genoeg tijd over voor zichzelf én voor familie en vrienden.
“Hoe het flexibel werken bevalt? Heel goed! Ik ga altijd met plezier aan het werk. Ik ben hier ook helemaal op mijn plek, want de PG-afdeling (waar mensen wonen met dementie) is echt mijn ding. Waarom? Ik wil er graag alles aan doen om het hun naar de zin te maken en nog wat gezelligheid in hun leven te brengen.”
Nieuw werk in de zorg
Dina heeft eerder in haar leven altijd in de zorg gewerkt, voor verschillende doelgroepen. Dat was op een bepaald moment niet meer te combineren met de zorg voor haar twee kinderen en haar man Gerrit, die aan een ernstige spierziekte leed. “Zeker naarmate het slechter met hem ging, hielp ik hem met alles. Dat heb ik natuurlijk met veel liefde gedaan, maar zwaar was het wel”, kijkt Dina terug. Nadat Gerrit een paar jaar geleden overleed, kreeg ze langzaam maar zeker weer zin om te werken. “Ik wilde weer aan de slag, maar niet meer als zorgmedewerker. Deze plek van Medewerker welzijn is voor 16 uur in de week en past mij goed. Ik vind het heerlijk op deze afdeling en we hebben binnen de Heggerank een heel fijn team.”

![]()
‘Ik probeer de bewoners het vertrouwde gevoel van thuis te geven’
Een plankje met koek
Tijdens een ochtenddienst, van 8.15 tot 13.00 uur, zorgt Dina ervoor dat het ontbijt klaarstaat. De bewoners die dat zelf kunnen, smeren in de twee huiskamers een broodje. “Ik loop dan heen en weer, dat is altijd wel een druk moment.” Ze zet ondertussen koffie en drukt ‘de meiden van de zorg’ in het voorbijgaan ook een bakkie in handen. “Zij beginnen al om 7 uur, dan ben je rond half 9 wel aan een kop koffie toe, toch?” Om tien uur is het tijd voor koffie met iets lekkers voor de bewoners. “Ik ga zelf ook even bij hen zitten. Ik zet vaak een plankje neer met koek, boter en een mes op tafel. Dat vinden ze heerlijk! Het is een beetje ouderwets hè, zo deden ze dat vroeger ook. Het heeft voor de mensen iets vertrouwds.”
Samen de piepers jassen
Dat is iets waar Dina veel aandacht voor heeft. Tussen de middag kookt of bakt ze vaak een eitje, of ze maakt soep. “Als ik op zondagochtend werk, neem ik van huis een maggiplant mee. Ook dat kennen veel bewoners van thuis.” Als ze avonddienst heeft, begint Dina om 16.00 uur. “Dan begin ik met koken. Vaak is er wel een bewoner die een handje wil helpen met bijvoorbeeld aardappels schillen of boontjes punten. Als ik het eten opzet, doe ik ook in de andere huiskamer een pannetje op het vuur. Dan gaat het daar ook lekker ruiken. Mensen krijgen dan vaak meer zin in eten!” De tafels dekt ze met zorg: een gezellig tafelkleed erop en het eten gaat in dekschalen. “Pannen op tafel staat zo ongezellig”, glimlacht ze. “Na het eten vraag ik vaak voor de grap: ‘wie wil er afwassen?’ We hebben natuurlijk een vaatwasser. Soms zegt een bewoner ‘nee, dat heb ik gisteren al gedaan’, dat vind ik zo grappig! Maar ik vraag het vooral omdat sommige bewoners juist wíllen afwassen. Dan zet ik wat servies apart en dan doen we dat!” Daarna zet Dina graag muziek op voor de bewoners. Met een kopje koffie is er tijd om even met hen te praten of een spelletje te doen.

![]()
‘Er blijft voor mij genoeg tijd over om met mijn kleindochter koekjes te bakken’
Tijd voor andere dingen
Dina vindt het fijn dat ze voor of na een dienst voldoende tijd heeft voor andere dingen. “Boodschappen halen, m’n huis aan kant maken, dat moet natuurlijk allemaal gebeuren. Maar ik houd ook genoeg tijd over om met vriendinnen en familie af te spreken, mijn dochter, zoon en kleinkinderen komen regelmatig langs. Met mijn kleindochter doe ik vaak leuke dingen, een weekendje weg of samen bakken. Ze doet namelijk de bakkersopleiding.” Met pensioen gaan, dat wil Dina eigenlijk niet. “Binnenkort is het zover, maar ik hoop dat ik langer kan blijven. Het is voor mij in deze flexibele vorm nog zó goed te doen… en ik heb er gewoon nog heel veel plezier in!”