Mevrouw Doove - de Ridder (60) verblijft na de operatie aan haar enkel zes weken in Woonzorg- en revalidatiecentrum Veenkade. Ze mag haar voet niet belasten en is tijdelijk afhankelijk van een rolstoel. “De fysiotherapeuten lieten cliënten van dezelfde afdeling gelijktijdig oefeningen doen. Hierdoor zagen we elkaars vorderingen en konden we elkaar door een moeilijke tijd heentrekken.”

Na een pijnlijke val van de trap, breekt mevrouw Doove - de Ridder haar enkel. Ze wordt geopereerd en mag haar voet zes weken niet belasten. “Ik mocht van het ziekenhuis naar huis, maar ik merkte dat ik daar geen kant op kon. Mijn rolstoel paste niet door de deuropening, waardoor ik niet bij mijn slaapkamer of het toilet kon komen. Ik wist dat ik niet mocht lopen, maar ik moest wel.” Na een paar dagen signaleert de huisarts de bizarre en onveilige situatie van mevrouw. “Hij regelde dat ik naar Woonzorg- en revalidatiecentrum Veenkade kon, want hij vond het niet verantwoord dat ik alleen thuis was.”
 

Een opluchting

Diezelfde dag gaat mevrouw naar Veenkade. “De medewerkers waren erg vriendelijk. Ik voelde me er gelijk thuis. Met een zorgkundige besprak ik mijn klachten en hulpvraag. Het werd me duidelijk dat ik er vooral voor mijn veiligheid zou zijn. Dit gaf me rust, want ik kon me thuis echt niet redden in die rolstoel. Bovendien ben ik helemaal alleen. Mijn man is in 2014 aan een hartinfarct overleden en mijn 21-jarige dochter is geestelijk gehandicapt. Ze heeft het niveau van een tweejarige en woont in een instelling.”

De onrust die mevrouw ‘s ochtends nog voelde, is ’s avonds verdwenen.“ In Veenkade reed ik met mijn rolstoel zo de douche en het toilet in. Dat was een hele opluchting!”

Een bijzondere aanpak

Op de revalidatieafdeling van Veenkade verblijven mensen die moeten revalideren na een operatie, aandoening, ziekte of beroerte. Mevrouw vertelt over een bijzondere aanpak van de fysiotherapeuten. “Weet je wat ik zo mooi vond? De fysiotherapeuten lieten cliënten van dezelfde afdeling gelijktijdig oefeningen doen. Zo zagen we elkaars vorderingen en konden we elkaar door een moeilijke tijd heentrekken. Dan zeiden we tegen elkaar ‘dat doe je goed!’ of ‘wat knap van jou’. Een mevrouw die een beroerte had gehad, vertelde me trots wat ze tijdens de fysiotherapie had gedaan. Ze was vergeten dat ik erbij was. Dan zei ik: ‘Ja mevrouw, dat heb ik gezien!’ En dan straalde ze helemaal.”

Mevrouw Doove - de Ridder mag haar voet nog niet belasten, maar doet samen met de fysiotherapeut lichte oefeningen. “Ik kreeg drie keer in de week fysiotherapie. Dan liep ik aan een looprekje op één been of ging fietsen. Zo behield ik mijn conditie. Ik wilde zo snel mogelijk weer naar buiten, want ik vind het heerlijk om in de natuur te zijn.”

Omdat ik zelf de regie had, voelde Veenkade vertrouwd.

Er werd naar mij geluisterd

Mevrouw heeft al snel minder pijn aan haar voet. “In Veenkade kon ik me prima redden in mijn rolstoel. De pijn in mijn enkel nam af omdat ik mijn voet niet hoefde te belasten. Ik besprak dit met de zorgkundige, want ik vond het niet nodig om nog langer pijnmedicatie te gebruiken. Ze organiseerde direct dat het werd afgebouwd. De communicatie met het personeel heb ik als erg fijn ervaren en het voelde heel vertrouwd. Juist omdat ik zelf de regie had. Wanneer ik mijn zorgen uitsprak, werd er naar mij geluisterd.”

Na zes weken gaat mevrouw weer naar huis. “Meander regelde thuiszorg en daar ben ik erg blij mee. Ik ben nog steeds aan het revalideren en loop achter een rollator. Mijn enkel is vastgezet en daardoor instabiel. Ik wil erop vertrouwen dat het goedkomt.”